Defilé tijdens Veteranendag

NOS Nieuws

Voor de twintigste keer staat Den Haag in het teken van Veteranendag, het jaarlijkse evenement waarbij de erkenning en waardering van veteranen centraal staat. Die belangstelling voor de dag is in Nederland al jaren stabiel. Wel neemt het aantal veteranen de komende jaren naar verwachting af, waardoor de vraag opkomt of de veteranenstatus moet worden uitgebreid.

Koning Willem-Alexander houdt vandaag bij de jubileumeditie een toespraak in de Koninklijke Schouwburg. Aansluitend neemt hij het defilé af. De route van de parade voert door de binnenstad en eindigt bij de publieksmanifestatie op het Malieveld.

Een van de ruim 4000 (oud-)militairen die meelopen in het defilé is Jeffrey Kloek, die bij de eerste Veteranendag in 2005 een dapperheidsonderscheiding kreeg voor zijn optreden tijdens de vredesmissie in Irak (2004).

Sindsdien sloeg Kloek bijna geen Veteranendag over. Vanwege het jubileum heeft hij zijn beste vriend Ralf Jongbloed meegevraagd, met wie hij destijds samen de onderscheiding kreeg.

In Irak waren de mannen 18 en 19 jaar oud, toen ze met hun bataljon ’s nachts in een hinderlaag terechtkwamen en onder vuur werden genomen. Beide mitrailleurschutters schoten met gevaar voor eigen leven terug, zodat hun collega’s dekking konden zoeken.

‘Trots en waardering’

“Ik heb geen moment getwijfeld”, zegt Kloek over die actie. “Ik ben achter het boordwapen op de jeep gesprongen. De patronen suisden langs mijn hoofd. Maar we moesten het initiatief terugpakken, en dat lukte.” Wonderwel raakte er niemand gewond.

Wat Veteranendag voor Kloek bijzonder maakt, is dat hij “trots en waardering voelt, van het begin tot het einde”. Zijn ervaringen in Irak kan hij aan buitenstaanders vaak moeilijk uitleggen. Onder veteranen ervaart hij begrip.

Het verklaart de bijzondere band die hij heeft met Ralf Jongbloed. “In levensgevaarlijke omstandigheden deel je dingen met elkaar, die je niet met anderen deelt.”

‘Zonder Ralf had ik hier niet gestaan’

“Veteranendag kan al twintig jaar rekenen op een stabiele belangstelling, zowel vanuit de veteranen zelf als vanuit de bevolking”, zegt militair historicus Christ Klep.

Volgens de Veteranenmonitor is ruim tweederde van de Nederlanders bekend met Veteranendag en net zoveel Nederlanders hebben waardering voor veteranen. “Dat is best opmerkelijk voor een militair evenement in een samenleving die verder weinig militair vertoon kent”, meent Klep.

Volgens Klep heeft het besluit om militairen die op missie zijn geweest en en tegelijk nog in dienst zijn van Defensie de veteranenstatus te geven “goed uitgepakt”. Ook de aandacht in de media voor vredesmissies heeft volgens hem geholpen bij de belangstelling voor veteranen.

Klep voorziet wel een gestage daling van het aantal veteranen de komende jaren. Er zijn steeds minder veteranen die nog hebben meegevochten in de Tweede Wereldoorlog, de Indonesische dekolonisatieoorlog of de Korea-oorlog.

Daarnaast stuurt Nederland minder militairen op internationale missies. “De vraag is wat dat in de toekomst betekent voor Veteranendag en hoe de overheid daarmee zal omgaan”, zegt Klep.

Sinds de Russische inval in Oekraïne is de aandacht van Defensie verschoven naar de oostflank van Europa. Missies in Oost-Europa ter afschrikking van de Russische dreiging worden uitgevoerd onder de NAVO-vlag. Deze militairen krijgen na afloop van hun missie niet de veteranenstatus.

Klep legt uit dat volgens de wet zo’n missie nog ‘gewoon’ werk voor een NAVO-land is, en dan geldt de veteranenstatus niet. “Die is namelijk bedoeld als beloning voor een bijzondere inzet”, zegt de militair historicus.

“Nu is de discussie op gang gekomen waar de grenzen liggen. Ben je ook veteraan als je drie maanden hebt geoefend in Litouwen? Dan krijgt straks bijna elke militair die de grens overgaat de veteranenstatus.” Volgens Klep is dat een principiële keuze waarvoor een regeringsbesluit nodig is, en bij voorkeur ook een aanpassing van de wet.

Share.
Exit mobile version