NOS Nieuws•
In 2,5 jaar oorlog zijn in Oekraïne al zeker 70.000 Russische militairen omgekomen. Dat maken de BBC en het Poetin-kritische Mediazona uit Rusland op uit openbaar beschikbare bronnen.
De twee organisaties kwamen tot het cijfer op basis van overlijdensadvertenties, socialemediaberichten en foto’s van graven, waar bij militaire doden vaak een krans van defensie op ligt. Eerder was op dezelfde manier vastgesteld dat er tot halverwege april al 50.000 Russen waren omgekomen. Aantallen gewonden worden niet bijgehouden.
Hoewel dit een van de betrouwbaarste tellingen van het aantal gesneuvelden is, zal het echte aantal hoger liggen: niet elke dode kon worden bevestigd. Rusland heeft sinds september 2022 geen update gegeven over slachtofferaantallen, de teller stond toen op 5937 omgekomen militairen. Oekraïne schatte eerder dit jaar dat er meer dan 500.000 tegenstanders waren gedood of verwond.
Veel vrijwilligers gedood
Volgens de BBC bestaat ongeveer 20 procent van de slachtoffers uit vrijwilligers die zich na de inval in Oekraïne hadden aangemeld voor de strijd. Het is daarmee relatief de grootste groep gesneuvelden. Vaak zijn deze militairen afkomstig uit de armere regio’s van Rusland en kunnen ze in het leger veel meer verdienen dan thuis.
Een groot deel van hen is al ouder: een derde van deze groep doden was tussen de 42 en 50 jaar, 250 van hen waren zelfs ouder dan 60. De oudste gesneuvelde die kon worden bevestigd was 71.
Eerder sneuvelden er vooral veroordeelde criminelen die strafvermindering konden krijgen door in Oekraïne te dienen. Deze groep vormt nu 19 procent van alle bevestigde doden. Gemobiliseerde dienstplichtigen zijn goed voor 13 procent van het totaal.
Gebrek aan training en uitrusting
Uit de samenstelling van de groep blijkt volgens de BBC dat Rusland er liever voor kiest armere burgers te verleiden soldaat te worden dan opnieuw een gedeeltelijke mobilisatie af te kondigen. Eerder leidde zo’n oproep voor de strijd tot desertie en veel onrust onder de bevolking. Poetin bezwoer daarom eerder al dat een nieuwe mobilisatie niet aan de orde is.
De vrijwilligers klagen dat hun training en uitrusting onvoldoende is. Een rekruut vertelde de BBC dat er twee weken training beloofd was, maar dat zijn lichting meteen naar het front ging.
“We werden in treinen geladen en daarna in vrachtwagens naar het front gebracht. De helft van ons werd rechtstreeks van de weg in de strijd gegooid. Sommigen stonden een week na hun aanmelding al aan het front.”