NOS Nieuws••Aangepast
Het Openbaar Ministerie eist acht jaar cel tegen Hasna A., die zich in Syrië had aangesloten bij terreurorganisatie Islamitische Staat. Behalve deelname aan een terroristische organisatie heeft A. zich volgens het OM ook schuldig gemaakt aan slavernij.
De vrouw uit Hengelo zou twee jezidi-vrouwen hebben gebruikt als huisslaven. A. spreekt tegen dat ze dat tijdens haar verblijf in Syrië heeft gedaan. Het is voor het eerst dat iemand voor de Nederlandse rechter is gebracht vanwege slavernij als misdrijf tegen de menselijkheid.
‘Ze had me kunnen helpen’
“Ik werd door haar verplicht te bidden”, verklaarde een van de twee slachtoffers in de rechtszaal op Justitieel Complex Schiphol. De jezidi-vrouw, die Z. wordt genoemd, zegt dat de verdachte haar veel pijn heeft gedaan. “Ze had de mogelijkheid om mij te kunnen helpen, maar dat deed zij niet.”
A. ging in 2015 met haar 4-jarige zoontje naar Syrië. Gisteren verklaarde ze in de rechtszaal dat ze daar in het door IS uitgeroepen kalifaat “een nieuw leven wilde opbouwen.” Ze trouwde met een IS-strijder en kreeg nog drie kinderen. Daarna scheidde ze van hem.
Genocide
In Syrië heeft ze volgens het OM in 2015 en 2016 een aantal maanden twee jezidi-vrouwen als slaaf gebruikt. Jezidi’s zijn een etnische en religieuze minderheid, waartegen de terreurorganisatie genocide heeft gepleegd. Duizenden mannen werden vermoord. Duizenden vrouwen kinderen werden ontvoerd, naar IS-gebied ontvoerd en misbruikt.
Ik brandde vanbinnen als ik haar kind zag.
Z. had een zoontje, dat door IS in een trainingskamp was geplaatst. “Ik smeekte haar dat ik mijn zoon mocht bellen, maar dat mocht niet”, zei ze vanuit een afgeschermde getuigencabine. Vrouw S., het andere slachtoffer, volgde de zitting per videoverbinding. “Wij waren voor haar slaven van IS en zij zag mij ook als háár slavin”, las haar advocaat voor uit de verklaring van S..
Schoonmaakwerk
De twee vrouwen moesten volgens het OM bij A. onder meer schoonmaakwerk verrichten. Ook werden ze verplicht om zorg te dragen voor de zoon van A., die autistisch is. “Ik brandde vanbinnen als ik haar kind zag”, verklaarde Z..
In Nederland stond nog niet eerder iemand terecht voor een misdrijf gepleegd tegen jezidi’s. De vrouw beweerde maandag in de rechtbank dat ze niets fout heeft gedaan. Wel zei ze te weten dat een jezidi-vrouw tegen haar wil werd vastgehouden in het huis, maar dat ze zelf geen opdrachten aan haar gaf.
“Ik leefde mijn eigen leven, teruggetrokken op mijn eigen kamer. Ik maakte mijn eigen bed op en maakte mijn eigen kamer schoon”, zei A. afgelopen maandag in de rechtszaal.