Eritreeërs demonstreren bij rechtbank Zwolle

NOS Nieuws

Een groep Eritrese mensensmokkelaars, die deels vanuit Nederland opereerde, heeft zich op grote schaal schuldig gemaakt aan mensenhandel, geweld en andere wreedheden tegen migranten. Dat blijkt uit onderzoek van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel. Die bestudeerde 124 getuigenverklaringen in een internationaal strafrechtelijk onderzoek van het Openbaar Ministerie naar de criminele organisatie.

In bijna alle gevallen waren de getuigen Eritrese vluchtelingen die de smokkelaars hadden betaald om hen te vervoeren naar Nederland, maar ze werden in Libië slachtoffer van mensenhandel.

“Zij ontvluchten hun land en reizen door naar een plek met mogelijkheden voor de toekomst,” zegt de Nationaal Rapporteur Mensenhandel Conny Rijken. “Ze kunnen niet op een legale manier reizen omdat ze geen reisdocumenten hebben en maken gebruik van mensensmokkelaars.”

Opgesloten in magazijnen

De vluchtelingen werden opgesloten in magazijnen met heel veel mensen in een te kleine ruimte. Ze kregen te weinig eten en drinken, en er waren geen sanitaire voorzieningen. Ook werden ze gedwongen om te bellen met familieleden om meer geld over te maken en kregen ze te maken met fysiek en verbaal geweld, blijkt uit het onderzoek.

De verdachte mensensmokkelaars zijn zeven mannen. Twee van hen runden opvangkampen in Libië. Eén van hen is Walid, die op dit moment al terechtstaat in Nederland. De andere hoofdverdachte, Kidane, wordt binnenkort uitgeleverd door de Verenigde Arabische Emiraten, laat het OM weten.

De vijf anderen worden ervan verdacht in Nederland de afpersing en geldstromen te hebben georganiseerd. Een groot deel van de slachtoffers had al familie in Nederland. De verdachten bezochten hen thuis om hen geld afhandig te maken.

Ontvoerd en doorverkocht

“Dit onderzoek vinden we belangrijk omdat nu duidelijk wordt wat mensen meemaken tijdens een reis en in de asielketen,” zegt Rijken. Slachtoffers van mensenhandel hebben recht op bescherming en hulp, zegt ze. “Er kan rekening worden gehouden met hun omstandigheden bij het opvangen.”

Sommige mensen moesten werkzaamheden verrichten in de magazijnen voor de smokkelaars, variërend van eten bereiden tot andere migranten mishandelen. Een aantal mensen werd tijdens het verblijf in Libië (soms meerdere malen) ontvoerd en/of doorverkocht, waarna zij (opnieuw) moesten betalen voor vrijlating.

Achtergebleven in de woestijn

Volgens Dijken werd er veel fysiek geweld gebruikt. “Sommige slachtoffers werden met tuinslangen geslagen. Deze slangen werden natgemaakt, wat pijnlijker is. Er zijn ook getuigen die verklaren dat mensen gewond zijn geraakt en in de woestijn achterbleven en overleden.” Hoeveel slachtoffers er zijn overleden, is onbekend.

Het is al langer bekend dat er in grote opvangkampen in Libië ernstige mensenrechtenschendingen plaatsvinden, maar dat een mensensmokkelnetwerk met zoveel slachtoffers in Nederland wordt opgerold, is voor het eerst, zegt het OM.

Share.
Exit mobile version