NOS Nieuws••Aangepast
Voor de eenheid van het kabinetsbeleid is het niet nodig dat asielminister Faber alsnog haar handtekening zet onder de voordracht voor koninklijke onderscheidingen voor vijf oud-vrijwilligers die zich hebben ingezet voor asielzoekers. Dat heeft premier Schoof gezegd in het debat over de lintjeskwestie, dat een groot deel van de dag heeft geduurd.
Schoof zei dat het hele kabinet steunt dat hij en minister Uitermark van Binnenlandse Zaken de voordracht wel hebben ondertekend, ook minister Faber. Daarmee heeft het voltallige kabinet uitgesproken dat de vijf vrijwilligers hun lintje verdienen en ook zullen krijgen. “Daarmee is de eenheid van kabinetsbeleid herbevestigd”, aldus de premier.
Oppositiepartijen als GroenLinks-PvdA, SP en Partij voor de Dieren zijn het daar niet mee eens. Zolang Faber niets terugneemt van haar woorden dat het werk van de voorgedragen vrijwilligers “haaks” staat op haar beleid, spreekt het kabinet niet met één mond, vinden ze.
Zoals verwacht diende het overgrote deel van de oppositie een motie van wantrouwen in tegen Faber. Maar die haalde geen meerderheid, net als moties van wantrouwen tegen het hele kabinet en tegen Schoof.
De oppositie vindt dat er nu een smet blijft liggen op de onderscheidingen. “Ik ken deze vrijwilligers niet, maar zo’n lintje dat volhangt met deze derrie, dat accepteer je toch niet?”, zei fractievoorzitter Ouwehand van de Partij voor de Dieren.
De oppositie wilde in ieder geval dat Faber de volgende keer wel gewoon haar handtekening zet en “stopt met buitenspelen”. Zowel Schoof als Faber kon dat niet toezeggen. “Het staat een minister vrij om deze afweging te maken”, betoogde de premier. Al had dat wel “in de boezem van het kabinet” moeten blijven en niet moeten uitlekken.
“Ik kan niet op zaken vooruitlopen, ik weet niet wat er in de toekomst op mijn bureau komt”, antwoordde Faber zelf op de vraag van de oppositie of dit de laatste keer was dat ze zich zo heeft opgesteld. Ze vindt ook niet dat ze haar excuses moet aanbieden aan de vrijwilligers.
Faber: fatsoenlijke mensen
“Het is nooit mijn bedoeling geweest om iemand pijn te doen of te kwetsen”, zei de minister. “De voorgedragen vrijwilligers doen met de beste bedoelingen hun werk, het zijn fatsoenlijke mensen.” Toch had ze moeite om de voordrachten te ondertekenen.
“Vanwege haar portefeuille” worstelde ze met de voordrachten. Ze las naar eigen zeggen zaken in de dossiers die aanleiding vormden voor die worsteling, maar daar kon ze vanwege de privacy niet verder op ingaan. Het werk van de vrijwilligers stond volgens haar “op gespannen voet” met haar beleid om de instroom te beperken.
“Maar de premier en de minister van Binnenlandse Zaken hebben een bredere afweging gemaakt en wel hun handtekening gezet. En dat kan gewoon”, aldus Faber.
Premier Schoof erkende dat de afgelopen dagen niet helemaal de juiste procedure is gevolgd. Eigenlijk had de zaak eerst in de ministerraad besproken moeten worden. Maar omdat de commotie toen al was ontstaan moest hij haast maken.
Hij heeft toen gebeld met zijn vicepremiers en de ministers Uitermark en Faber om zeker te weten dat hij steun had voor zijn aanpak. “De geest van de procedure is hiermee rechtgedaan.”
Motie van wantrouwen
GroenLinks-PvdA, D66, CDA, ChristenUnie, SP, Denk, Partij voor de Dieren en Volt vinden dat Faber moet opstappen, maar ze slaagden niet in hun opzet.
Die partijen vormen samen een minderheid van 55 van de 150 zetels. De coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB hadden al gezegd dat ze Faber niet willen wegsturen, al hebben VVD, NSC en BBB ook aangegeven dat ze zeer ongelukkig zijn met haar optreden en vooral willen dat ze aan de slag gaat.
GroenLinks-PvdA-voorman Timmermans diende de motie in:

Bijna hele oppositie dient motie van wantrouwen in tegen minister Faber