NOS Nieuws•
-
Frank Renout
correspondent Frankrijk
-
Frank Renout
correspondent Frankrijk
In Parijs is de terreuraanslag van 2015 op weekblad Charlie Hebdo herdacht. Er werd een krans gelegd en een minuut stilte in acht genomen. Dat gebeurde in aanwezigheid van president Emmanuel Macron en burgemeester Anne Hidalgo.
Ook op twee andere plekken in Parijs waren herdenkingsceremonies. De politieagent die op straat werd vermoord door de terroristen werd herdacht. Ook was er een bijeenkomst bij de joodse supermarkt waar vier mensen werden gedood, twee dagen na de aanslag op Charlie Hebdo.
Alle herdenkingen waren “net zoals elk jaar sober en eenvoudig, op verzoek van de nabestaanden”, liet de gemeente Parijs weten.
Mohammed-cartoons
Precies tien jaar geleden, op 7 januari 2015, liepen twee terroristen de redactie van Charlie Hebdo binnen en schoten daar koelbloedig elf mensen dood. Aanleiding voor de aanslag waren Mohammed-cartoons die Charlie Hebdo had gepubliceerd.
Wat gebeurde er op 7 januari 2015? Bekijk de onderstaande video voor een korte terugblik
Terugblik op de aanslag op redactie Charlie Hebdo in Parijs
In het hele land wordt vandaag op grote schaal stilgestaan bij de tien jaar die voorbij zijn gegaan sinds de aanslag. Op radio- en televisiezenders is er de hele dag aandacht voor. Er zijn nieuwe boeken verschenen en er worden interviews met overlevenden en documentaires gepubliceerd en uitgezonden over de gebeurtenissen destijds.
‘Niet kapot te krijgen’
Charlie Hebdo kwam vandaag met een speciaal nummer waarin wordt teruggeblikt op het afgelopen decennium. Dat gebeurt als vanouds: soms serieus en vaak met spot. Op de voorpagina staat een cartoon van een lezer met een exemplaar van Charlie Hebdo in zijn handen, die bovenop de loop zit van een kalasjnikov. “Niet kapot te krijgen”, staat erboven. “Satire getuigt van optimisme en dat heeft ons door deze tragische jaren geholpen”, schrijft hoofdredacteur Riss. “Wie wil lachen, wil leven.”
Macron legt krans bij herdenking aanslag Charlie Hebdo
Bij de overlevenden van Charlie Hebdo zijn de trauma’s nog niet verdwenen. Webmaster Simon Fieschi raakte in 2015 zwaargewond en levenslang gehandicapt. Hij overleed vorig jaar, waarschijnlijk door zelfmoord, hoewel dat niet officieel is bevestigd.
Hoofdredacteur Riss zegt vandaag op tv: “Ik dacht dat het met de jaren zou slijten. Maar het slijt niet.”
Tekenaar Coco zei deze week tegen Le Monde: “Ik moet ermee leren leven, maar die 7e januari achtervolgt me onophoudelijk. Hún wapens en monsterlijke ideeën tegenover ons: tekenaars met vulpennen, stiften en potloden, die gewoon mensen willen laten lachen.”
Woede verdwenen
Voor veel Parijzenaars en Fransen is de aanslag van tien jaar geleden nog steeds een pijnlijk litteken. De sympathie voor Charlie Hebdo is niet verdwenen. Volgens een peiling die het blad liet uitvoeren vindt 62 procent van de Fransen dat religies bekritiseerd en bespot mogen worden. Onder moslims is dat 53 procent en onder katholieken 59 procent.
Maar de woede die er in 2015 was over het bloedbad is verdwenen. Het leven ging door en Frankrijk werd in de jaren erna getroffen door nog meer, en ook nòg bloedigere aanslagen. In 2016 zei 71 procent van de Fransen het ‘Je suis Charlie’-gevoel te hebben. In 2023 had 58 procent dat.
Historicus Laurent Bihl wijt die daling mede aan de veranderende tijdgeest. “Vroeger mocht alles gezegd worden. Niets was heilig. De vrijheid van meningsuiting stond centraal”, zei hij in Le Figaro. Maar nu is er vooral respect voor ieders individuele mening. “Vandaag de dag draait het niet meer om respect voor een principe, maar om respect voor de buurman.”
Generatiekloof
Dat blijkt ook uit de peiling die Charlie Hebdo liet doen. Een derde van de Franse jongeren (tot 35 jaar) vindt tegenwoordig dat je niet zomaar mensen en religies mag bespotten uit naam van de vrijheid van meningsuiting. Ze bestempelen spot vaak als ‘discriminatie’ of ‘gebrek aan respect’. De onderzoekers spreken zelfs van een generatiekloof, omdat ouderen veel minder moeite hebben met spot en satire.
Een gevoel dat wél bij alle generaties lijkt terug te komen: het missen van saamhorigheid. Charles Bousquet klom in januari 2015 met een immens potlood het standbeeld op Place de la République op om zijn steun te betuigen aan Charlie Hebdo: de beelden daarvan gingen de hele wereld over. “Het is bizar als je ziet hoe politiek verdeeld Frankrijk nu is. Toen waren we niet verdeeld. We waren allemaal samen, we streden voor hetzelfde doel”, zei hij op de Franse tv.
In een reportage van die dag in 2015 zijn ook een banketbakker en een politieman te zien die elkaar tijdens de demonstratie in januari omhelsden. Ze zijn sindsdien vrienden gebleven. De bakker zegt het jammer te vinden dat Franse politici het gevoel van verbondenheid niet hebben vastgehouden. De politieagent zegt verbitterd dat het gevoel van saamhorigheid van de Fransen maar héél kort duurde. “Een week duurde het, daarna was het weer voorbij.”