NOS Nieuws••Aangepast
-
Wilco Boom
Politiek verslaggever
-
Wilco Boom
Politiek verslaggever
Het fusieproces van GroenLinks en de PvdA komt opeens in een stroomversnelling. De besturen van beide partijen stellen de leden vandaag in een mail voor een principebesluit te nemen over de oprichting van een nieuwe linkse en groene partij, op het gezamenlijke congres in juni. Dat is een jaar eerder dan aanvankelijk de bedoeling was.
In die nieuwe partij zouden de twee partijen vervolgens moeten opgaan. “Als de leden ja zeggen dan gaan we aan de slag met de oprichting van een nieuwe beweging, waar de beide partijen in opgaan. Zodat we daarna volle bak de inhoud kunnen induiken en daar onze energie op kunnen richten, want dat is waar het land naar snakt. Daar is heel erg veel behoefte aan en wij voelen een enorme urgentie die stap te zetten”, zegt partijvoorzitter Esther-Mirjam Sent van de PvdA.
Het gaat dus om een principebesluit. Daarna moet de partij nog worden opgericht, moeten er statuten en een beginselprogramma worden geschreven en nog veel meer. Het oprichtingscongres van de nieuwe partij is dan in 2026, toevallig ook het jaar waarin de PvdA 80 jaar bestaat.
Volgens Sent en haar collega Katinka Eikelenboom van GroenLinks zijn er een paar redenen om het besluit over de oprichting van een nieuwe partij een jaar te vervroegen. Enerzijds is er binnen beide partijen een steeds sterkere roep om samen te gaan. De actiegroep RoodGroen kwam onlangs nog met een manifest, ook partijleider Frans Timmermans pleitte ervoor en ook Kamerlid Habtamu de Hoop, maar ook de instabiliteit van het kabinet speelt een rol, erkent Eikelenboom.
Er wordt rekening gehouden met een kabinetscrisis en als er vervroegde verkiezingen komen, willen ze daar eigenlijk als nieuwe partij aan meedoen. “Het is eigenlijk een optelsom van een aantal zaken. Het is de instabiliteit van dit kabinet maar ook de kleur en de signatuur van dit kabinet, de internationale instabiliteit speelt ook een rol”, aldus Eikelenboom. “We hebben het gevoel dat er enorme steun is voor onze koers, we zien een sterke groei van onze ledenaantallen, en denken dat we zo sterk mogelijk en zo snel mogelijk klaar moeten staan om samen een alternatief te bieden.”
De oprichting van een nieuwe partij waar GL en de PvdA in opgaan is niet onomstreden in de achterban van beide partijen. Met name bij de PvdA is er een kleine en vocale groep oudgedienden, onder wie oud-partijleider Ad Melkert, oud-Kamervoorzitter Gerdi Verbeet en oud-partijvoorzitter Hans Spekman, die grote bezwaren heeft. Zij vrezen dat er van het traditionele sociaaldemocratische gedachtengoed weinig overblijft en dat het een hoog-opgeleidenpartij wordt.
Maar sinds het samenwerkingsproces tussen beide partijen op gang is gekomen, na de Kamerverkiezingen van 2021, hebben de leden van beide partijen elke keer als er op congressen of in ledenreferenda beslissingen moesten worden genomen, met ruime meerderheid voor de samenwerking of voor verdergaande stappen richting samenwerking gestemd.
Meest belangrijk was het besluit om in 2023 samen met één lijst, één programma en één lijsttrekker, Timmermans, mee te doen aan de verkiezingen van 2023. Intussen heeft ook bijna 90 procent van alle partij-afdelingen besloten volgend jaar gezamenlijk aan de gemeenteraadsverkiezingen mee te doen. Daarom mag verwacht worden dat de leden op het juni-congres het licht massaal op groen zullen zetten voor een nieuwe roodgroene partij. Een naam voor de nieuwe partij moet overigens nog worden gevonden.
In armoede geboren
Het samenwerkingsproces van GL en de PvdA heeft een lange voorgeschiedenis en is eigenlijk in armoede geboren; de partijen hadden tot de verkiezingen van 2023, toen ze samen 25 zetels haalden, een reeks beroerde verkiezingen achter de rug. In 2017 leed de PvdA de moeder aller nederlagen en duikelde van 38 naar 9 zetels. GL wist daar maar beperkt van te profiteren en haalde toen 14 zetels.
In 2021 behaalde de PvdA 9 zetels en GL zakte naar 8. Vooral dat resultaat leidde tot een sterke roep om samenwerking en een fusie. Wat het proces ook hielp was dat beide partijen, ongeveer even groot, al sinds 2017 in de oppositie zitten en in die tijd hebben vastgesteld dat hun standpunten grotendeels overeenstemmen. De actiegroep RoodGroen, met vooral jonge leden uit beide partijen, heeft ook een belangrijke stimulerende rol gespeeld.