NOS Nieuws••Aangepast
Op de website van het Nationaal Archief is het erg druk met mensen die een dossier willen opvragen uit het grootste oorlogsarchief van Nederland. Het namenregister uit dit archief staat sinds vanochtend online.
Het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) bevat de namen van overleden Nederlanders die tijdens de Tweede Wereldoorlog met de bezetter zouden hebben gecollaboreerd, of daarvan verdacht werden. Wie vanochtend op de website van het archief wilde komen, zag dat er duizenden wachtenden waren. Inmiddels zijn er al duizenden aanvragen gedaan om een dossier in te zien.
Oorspronkelijk was het de bedoeling om niet alleen de namen, maar ook de bijbehorende dossiers in dat archief met ingang van vandaag online te zetten, maar dat plan werd aangepast na een waarschuwing van de Autoriteit Persoonsgegevens. Er waren zorgen over de privacy, wat leidde tot spanning onder nabestaanden van collaborateurs, maar ook onder nabestaanden van oorlogsslachtoffers. Minister Bruins besloot daarom om een tijdelijke regeling in te stellen.
Die houdt in dat de CABR-dossiers voorlopig niet online komen, maar dat onderzoekers en nabestaanden de dossiers in de loop van het eerste kwartaal kunnen inzien in een studieruimte van het Nationaal Archief in Den Haag. Daarvoor kunnen ze vanaf vandaag een afspraak maken, nu de namenlijst beschikbaar is.
Kopiëren niet toegestaan
Mensen moeten dus vooraf toestemming vragen om de dossiers in te zien in de studieruimte. Het kopiëren van gegevens is niet toegestaan.
Het gaat om dossiers van ruim 300.000 Nederlanders die tijdens de Tweede Wereldoorlog verdacht werden van het lidmaatschap van de NSB of het plegen van verraad en strafrechtelijk werden onderzocht.
“Dit oorlogsarchief is van onschatbare waarde voor historisch onderzoek, het levend houden van de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog en voor nabestaanden die op zoek zijn naar informatie”, zei minister Bruins erover.