NOS Nieuws•
“Laat ons niet het leed van de Holocaust opwegen tegen het leed van nu.” Dat zei premier Dick Schoof in zijn toespraak bij de Holocaustherdenking in Amsterdam vanochtend. “Dat doet recht aan niemand.”
In het Wertheimpark in Amsterdam werd vanochtend de Holocaust herdacht. Daarbij werden kransen gelegd en toespraken gehouden door onder anderen nabestaanden, burgemeester Femke Halsema en de voorzitter van het Nederlands Auschwitz Comité.
Jaarlijks op de laatste zondag van januari wordt de Nationale Holocaust Herdenking gehouden, die aansluit bij de internationale Holocaust Memorial Day op 27 januari. Op die dag, 80 jaar geleden, werd concentratiekamp Auschwitz bevrijd. Tussen 1933 en 1945 zijn naar schatting bijna zes miljoen Joden en honderdduizenden Sinti en Roma, homoseksuelen en anderen vermoord door de nazi’s. Van de 140.000 Joden die in Nederland woonden, hebben er 102.000 de oorlog niet overleefd.
Voorafgaand aan de herdenking werden sinds woensdag de namen voorgelezen van de Nederlandse slachtoffers van de Holocaust.
80 jaar na bevrijding Auschwitz wordt Holocaust herdacht in Amsterdam
De herdenking begon met een stille tocht, waarbij hoogwaardigheidsbekleders naar het Wertheimpark liepen. Burgemeester Halsema vertelde het verhaal van 38-jarige lerares en dichteres Rosey Pool, die actief was bij het verzet. Zij werd opgepakt omdat haar ouders Joods waren, maar ze wist op het laatste moment te ontsnappen.
Halsema noemt Pool een van de vele Amsterdamse Joden aan wie de stad veel te danken heeft, net als aan filantroop Abraham Wertheim en Aletta Jacobs van de vrouwenbeweging. Ze sprak haar dank uit aan alle Holocaustoverlevenden en hun kinderen “die ons land weer hebben helpen opbouwen en het Joodse leven weer hebben doen opbloeien.” Ze richtte zich ook tot de initiatiefnemer van het Holocaust Namenmonument en voorzitter van het Nederlandse Auschwitzcomité Jacques Grishaver, die volgens Halsema “barsten in onze wereld heeft hersteld”.
“Laten we om Joden heen staan”, zei de burgemeester, “laten wij ons altijd verzetten tegen het antisemitisme dat onze Joodse medeburgers ook nu en dagelijks teistert. Tegen het anti-Joodse gescheld. Online, op school en op straat.”
“Laten we pal staan voor de veiligheid van Amsterdammers die Joodse symbolen dragen. Voor het recht om zichtbaar en hoorbaar Joods te zijn. Altijd en overal”, zei ze. “Voor het recht om zichtbaar en hoorbaar jezelf te zijn, wie je ook bent. Want alleen zo kunnen we samen onze gebroken wereld repareren”, aldus Halsema.
Ook de premier hield een toespraak. “Antisemitisme is nog altijd niet weg”, zei hij. “Het lijkt meer aanwezig te worden. Zichtbaarder, tastbaarder. Ook hier in Amsterdam, de stad die wordt gestempeld door Joodse inwoners en hun tradities. Die moeten zichtbaar blijven”, aldus Schoof. “Haat mag nooit winnen.”
“Als een Auschwitzoverlevende zonder haat kan leven, moet iedereen dat kunnen opbrengen” zei de premier. “Overal waar haat groeit, verliezen mensen elkaar.” Hij verwees naar 7 oktober, de dag waarop Hamas in 2023 aanslagen pleegde in Israël, en de gebeurtenissen daarna, die volgens hem “de haat hebben gevoed”.
“Het is zoeken naar de antwoorden op de vraag hoe de tegenstellingen te overbruggen”, zei Schoof.
Kransleggingen
Tijdens de herdenking sprak ook Lalla Weiss. Zij is bestuurder van een stichting die zich inzet voor de rechten van Sinti en Roma. Van die gemeenschap werden naar schatting tijdens de Holocaust honderdduizenden mensen vermoord.
Ook sprak Karel Beesemer namens de overlevenden van de Holocaust. Hij vertelde over zijn familie die is omgebracht in Auschwitz, onder wie zijn vader, broer en moeder. “Door de Holocaust was er na de oorlog nog maar een fractie van de Joodse samenleving over in Nederland”, zei hij. “Er schuilt een gevaar in als we als samenleving denken dat zoiets nooit meer kan gebeuren.”
De herdenking werd afgesloten met een toespraak van rabbijn Menno ten Brink en een minuut stilte. Daarna legden verschillende aanwezigen kransen bij het Spiegelmonument ‘Nooit meer Auschwitz’ van Jan Wolkers.