Minister Faber tijdens de hoorzitting in juni vorig jaar

NOS NieuwsAangepast

De hoorzittingen van de Tweede Kamer met kandidaat-ministers en -staatssecretarissen worden na één keer alweer afgeschaft. De PVV trekt de steun aan deze werkwijze van de Kamer in, waardoor er geen meerderheid meer voor is. “We stemden met overtuiging in met dit experiment, maar voor ons was het één keer maar nooit weer”, zegt PVV-Kamerlid Markuszower.

De PVV heeft verschillende bezwaren, zegt hij. “Het levert staatsrechtelijk niets op. Sterker nog, het wringt met de grondwet. Ik was ook niet onder de indruk van de kwaliteit van de vragen die gesteld werden.”

En als Kamerleden of de samenleving beter kennis willen maken met nieuwe ministers en staatssecretarissen dan kunnen daar ook andere dingen voor georganiseerd worden, zegt Markuszower.

De SGP, altijd tegenstander geweest van de hoorzittingen, dient met VVD en SP een motie in om ze weer af te schaffen. “Staatsrechtelijke malligheid”, noemt Kamerlid Van Dijk ze. “Het past niet in ons staatsrechtelijke bestel, de Tweede Kamer gaat niet over de benoeming van ministers.” Een Kamermeerderheid kan bewindspersonen wel wegsturen als ze eenmaal beëdigd zijn, bijvoorbeeld met een motie van wantrouwen.

Door het nieuwe standpunt van de PVV hebben de tegenstanders, met ook CDA en CU, samen een meerderheid. Ook BBB is van standpunt veranderd. Als er niets onverwachts gebeurt worden de hoorzittingen dinsdag weggestemd.

Lelijke draai

D66-Kamerlid Sneller, initiatiefnemer van de hoorzittingen, is teleurgesteld. Hij vindt het, net als de andere voorstanders, juist een goed middel om als politiek transparanter te zijn. Daarbij geeft het kandidaat-bewindslieden volgens hem de kans onduidelijkheden weg te nemen of zakelijke belangen alsnog goed te regelen voordat zij worden beëdigd.

Sneller: “Ik vind het een lelijke draai van de PVV. Toen ze in de oppositie zaten steunden ze ons. En nu er een paar kritische vragen waren aan PVV-kandidaten willen ze er ineens van af.”

Markuszower snapt wel wat Sneller daarmee bedoelt. De kandidaat-ministers Klever en Faber van de PVV kregen in hun hoorzitting veel vragen over uitspraken die zij hadden gedaan en het gebruik van de omstreden term ‘omvolking’. Klever nam in haar hoorzitting geen afstand daarvan. Faber wel, die zei de commotie erover te begrijpen.

Niet beleidsinhoudelijk

“14 van de 18 vragen aan Klever en 20 van 28 vragen aan Faber waren niet beleidsinhoudelijk”, leest Markuszower voor. Hij haalt een analyse van de hoorzittingen aan uit het tijdschrift Constitutioneel Recht, met de conclusie dat zij geen toegevoegde waarde hebben.

“Hieruit blijkt dat de oppositie het de beoogde ministers moeilijker heeft gemaakt dan de andere kandidaten. Met andere woorden, er is dus niet met oprechte interesse vragen gesteld, maar er is politiek bedreven. Dat mag op zich, wij hadden dat omgekeerd misschien ook gedaan, maar alles bij elkaar is onze conclusie dat het zonde van onze tijd is.”

Share.
Exit mobile version