NOS Nieuws••Aangepast
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd vindt dat er meer gedaan moet worden tegen seksueel grensoverschrijdend gedrag in de zorg.
In 2024 kwamen er 330 meldingen binnen bij de inspectie, precies evenveel als in 2023. Toen was het aantal meldingen met 90 gestegen vergeleken met het jaar ervoor. Maar de inspectie vermoedt dat het daadwerkelijke aantal gevallen veel hoger ligt, verwijzend naar een rapport van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC), van eind vorig jaar.
Het WODC stelde dat er 11.000 mensen in een jaar tijd zeggen slachtoffer te zijn geweest van seksueel grensoverschrijdend gedrag door een arts of andere zorgverlener. Een groot deel van die mensen doet dus geen officiële melding bij de inspectie.
Volgens IGJ-inspecteur Selini Roozen-Vlachos zijn veel slachtoffers terughoudend met het melden. “We moeten de drempels verlagen, zodat mensen zich vrij voelen om met hun verhaal naar buiten te komen.”
Versierpogingen van huisarts
De meeste meldingen bij de inspectie kwamen uit de gehandicaptenzorg en geestelijke gezondheidszorg. De inspectie benadrukt dat het mogelijk ook in ziekenhuizen vaak misgaat, maar dat er daar minder aandacht voor is.
Twee derde van de slachtoffers is vrouw en zo’n 70 procent van de plegers is volgens de inspectie man.
Volgens Roozen-Vlachos lopen de voorbeelden van overschrijdend gedrag uiteen. “Het gaat van versierpogingen van de huisarts tot het aanraken van borsten en geslachtsdelen bij een fysiobehandeling. We zien zelfs aanrandingen en verkrachtingen.”
Meer preventie
Ze stelt dat de beroepscode voor zorgverleners duidelijk is: “Daarin staat dat je nooit toenadering zoekt tot een patiënt, ook niet als die het initiatief neemt of ermee instemt.” Volgens de inspectie is het voor een patiënt “schokkend, schadelijk en ontwrichtend” als een arts seksueel grensoverschrijdend gedrag vertoont. Een slachtoffer kan daar lange tijd last van hebben.
Daarom moet er meer gedaan worden aan preventie, zegt Roozen-Vlachos: “Voor heel veel dingen is er preventief beleid, zoals valpreventie of protocollen voor veiligheid. Maar dit onderwerp is een ondergeschoven kindje.”
Ook wordt gewezen op een zogeheten zelfscan voor zorgverleners; een soort checklist waarmee ze kunnen nagaan of er al genoeg gedaan wordt tegen seksueel grensoverschrijdend gedrag.
De inspectie zegt dat er in veel sectoren pas actie wordt ondernomen, als er zich iets naars heeft voorgedaan. In de gehandicaptenzorg, waar de meeste meldingen uit komen, is er wel meer aandacht voor preventie. Volgens de inspectie “oriënteren” de geestelijke gezondheidszorg en de verpleeghuiszorg zich nog op hoe ze het probleem aan moeten pakken.