NOS Nieuws•
Het Nederlandse fregat Zr.Ms. Tromp krijgt de leiding over een groep schepen van NAVO-landen. Het vlootverband is actief in de Noordzee, Oostzee en de Atlantische Oceaan. Vanmiddag vertrekt het fregat vanuit Den Helder.
De Tromp wordt het vlaggenschip van de snelle reactiemacht op zee. Commandeur Arjen Warnaar gaat het commando voeren. “Als er iets gebeurt op zee, is het aan ons om te reageren”, vertelt de nieuwe bevelhebber, die daarbij nauw samenwerkt met de kustwachten en marines van individuele landen.
De zichtbare aanwezigheid van de NAVO-vloot moet een afschrikkend effect hebben. “Wij zijn een militair instrument, maar we mogen pas iets doen als de politiek daartoe beslist. Onze belangrijkste taak is detecteren en rapporteren. Het is dus zaak om daar te zijn waar iets gebeurt.”
Sabotage van kabels
In het gebied waar de schepen zullen varen zijn recent meerdere incidenten geweest. Afgelopen november gingen twee datakabels in de Oostzee stuk nadat een Chinees schip, de Yi Peng 3, was gepasseerd. In december was het opnieuw raak. Toen raakten een stroomkabel en vier datakabels beschadigd in de zee tussen Finland en Estland.
Dat gebeurde vlak nadat de olietanker Eagle S de kabels was langsgevaren. Op de zeebodem is een tientallen kilometers lang sleepspoor ontdekt, mogelijk ontstaan door het slepen van een anker. De Finse autoriteiten noemen het beschadigen van de kabels “ernstige sabotage” en verdenken Rusland ervan betrokken te zijn. Acht bemanningsleden van de Eagle S mogen het schip niet verlaten van de Finse politie.
De aanwezigheid van de marineschepen in de Oostzee kan helpen dit soort sabotageacties te voorkomen, denkt Patrick Bolder. Hij is defensiespecialist bij het Den Haag Centrum voor Strategische Studies. “Het beste is saboteurs op heterdaad betrappen. Maar dan heb je wel schepen nodig om daar snel bij te zijn.”
Energie als wapen
Volgens Bolder zijn de kapotte kabels onderdeel van hybride oorlogsvoering. Een strategie waarbij niet alleen militaire, maar ook niet-militaire middelen worden ingezet om de tegenstander te verzwakken. “Pure intimidatie eigenlijk”, zegt Bolder.
Vooral de Baltische staten worden hierdoor geraakt. Sinds de Russische invasie in Oekraïne proberen zij hun energienetwerken los te koppelen van Rusland. In februari dit jaar willen ze hun netwerk verder integreren in de Europese energienetwerken. De beschadigde stroomkabel tussen Finland en Estland, de Estlink-2, speelt hier een rol in.
Bolder: “Als Rusland zulke kabels doorknipt, dan wordt de elektriciteitsverbinding minder stabiel. Zo laat Rusland zien: blijf bij ons, dan krijg je veilige en goedkope energie. Zo wordt energie als wapen ingezet.” Direct na het incident met de Estlink-2 besloot Estland om de andere kabel, de Estlink-1 extra te beveiligen met marineschepen. De minister van Energie in Litouwen liet weten gewoon door te willen gaan met de integratie in het Europese stroomnetwerk.
Spionageschepen op de Noordzee
Ook Nederland buigt zich over de vraag hoe het stroomkabels, datakabels en pijpleidingen in zee moet beveiligen. In de Nederlandse Exclusieve Economische Zone, het deel van de Noordzee waar Nederland specifieke rechten heeft, ligt ongeveer tienduizend kilometer aan gaspijpleidingen, stroom- en datakabels.
Afgelopen zomer stelde het kabinet 41 miljoen euro beschikbaar om die infrastructuur beter te beveiligen. Vooral de aanwezigheid van Russische spionageschepen is een zorg. Maar de aanpak van die schepen is ingewikkeld, omdat deze in principe recht op vrije doorvaart hebben. De Nederlandse marine begeleidt daarom regelmatig verdachte Russische schepen.
In de onderstaande video zie je welke mogelijkheden er zijn om onderzeese kabels te beveiligen.
Schaduwoorlog op zee: hoe beschermen we onze datakabels?