NOS Nieuws•
Na bijna 40 jaar bescherming tegen hoogwater in Zeeland is de Oosterscheldekering toe aan een opknapbeurt. De 62 schuiven en de vele cilinders en stootkussens die de kering telt, moeten langzaamaan worden vernieuwd of vervangen om te blijven voldoen aan de veiligheidseisen. Het kostenplaatje: honderden miljoenen euro’s, in ruil voor nog vele jaren kustbescherming.
Onderzoeksinstituut Deltares heeft in opdracht van Rijkswaterstaat in Delft een schaalmodel van de kering gebouwd en is aan het testen geslagen om te bepalen hoe de renovaties optimaal gedaan kunnen worden. En tot dusver levert dat een beeld op van niet alleen een flink prijskaartje: waar klimaatverandering doorgaans de kosten van dit soort renovaties gigantisch opstuwt, lijkt dat bij de Oosterscheldekering wel mee te vallen.
“Het beeld dat we hebben is dat destijds een heleboel is gemeten en berekend, dat er heel gedegen werk is gedaan”, legt expert-adviseur Martijn de Jong van Deltares uit. “Men heeft ook sommige dingen naar boven toe afgerond.” Kortom: hoewel men in de jaren 70 en 80 niet zoveel wist over de zeespiegelstijging als nu, hebben de afrondingen naar boven wel ruimte opgeleverd om een onvoorziene stijging wat op te vangen.
Watersnoodramp
De Oosterscheldekering werd in 1986 geopend. Het Deltawerk – kosten destijds: zo’n 7 miljard gulden – werd gebouwd in reactie op de Watersnoodramp van 1953, toen een zware noordwesterstorm in combinatie met springtij leidde tot een enorme overstroming die aan 1836 mensen en tienduizenden dieren het leven kostte.
Bij de opening in 1986 werd met enige verbazing vastgesteld dat de bouwers met de hand flacons groene zeep in het bouwwerk goten om de laatste schuif te plaatsen:
Zo werd de Oosterscheldekering gebouwd: ‘Dankzij groene zeep schoof alles op z’n plek’
Nu de onderdelen uit de vorige eeuw richting het einde van hun levensduur gaan, is het de vraag hoe ze het beste toekomstbestendig vervangen of aangepast kunnen worden. Alleen zo kan het enorme kustverdedigingswerk Nederland nog lang beschermen, ook wanneer een veranderend klimaat het risico op overstromingen vergroot.
Om duidelijkheid te krijgen, voert Deltares tal van testen uit met het schaalmodel – met autootjes erop, eveneens op schaal. “We hebben in het lab vijf stormopeningen nagebouwd, schaal 1:40. Daar hebben we meerdere meetsensoren aan gehangen. We meten vooral de krachten die de golven en de stroming op bepaalde delen van de kering uitoefenen.”
“Het is een mooie uitdaging om samen met de specialisten van Rijkswaterstaat en Deltares een klein stukje van de geschiedenis te kunnen schrijven en te komen tot een optimale inzet van de Oosterscheldekering, nu en in de toekomst”, zegt Jesse Simonse van Rijkswaterstaat.
Of de Oosterscheldekering tegen het jaar 2100 nog voldoet, blijft de vraag, niet in de laatste plaats omdat de testen nog in volle gang zijn. Maar zeker op korte termijn ziet Deltares geen reden tot zorg. De Jong: “De kering voldoet nu aan alle eisen en er wordt uitgebreid onderhoud aan gepleegd. Maar op langere termijn blijft natuurlijk wel de vraag: wat gaat klimaatverandering doen?”
Het Oosterscheldemodel zal daarom tot eind maart nog aan barre golven en extreem hoogwater worden blootgesteld. “We hebben een aantal extreme condities erin zitten waarbij het water bijvoorbeeld ook 1,2 meter boven de kerende hoogte van de kering staat. Dan is er sprake van een extreme waterstand. We gaan kijken of de kering dat aankan.”