De Nobelprijs voor Economie gaat dit jaar naar drie mannelijke wetenschappers: de Turks-Amerikaanse Daron Acemoglu, de Brits-Amerikaanse Simon Johnson en de Brit James A. Robinson. Ze krijgen de prijs voor hun onderzoek naar hoe het verschil in welvaart tussen landen ontstaat.
De drie deden onderzoek naar hoe instituties zich vormen in een land en hoe die instituties vervolgens de ontwikkeling van de rijkdom van een land beïnvloeden.
Ze beargumenteren op basis van hun onderzoeken onder meer dat je voor economische groei in een land vaak politieke stabiliteit nodig hebt.