NOS Nieuws•
Transport van dieren heeft waarschijnlijk bijgedragen aan de snelle verspreiding van het blauwtongvirus in Nederland. Dat concludeert de universiteit in Wageningen, die onderzoek deed naar de verspreiding van het virus waar afgelopen najaar tienduizenden schapen aan bezweken.
Tot nu toe werd aangenomen dat het blauwtongvirus voornamelijk tussen boerderijen verspreid werd door knutten, kleine stekende muggen. Maar soms kwam het virus tientallen kilometers ver, en dat wijst op “andere transmissieroutes”, zeggen de onderzoekers.
Het virus werd in september ontdekt in de buurgemeenten Wijdemeren (Noord-Holland) en Stichtse Vecht (Utrecht). Ruim een week na het eerste geval meldde de overheid dat er zo veel besmettingen waren dat maatregelen geen zin meer hadden. In oktober waren zo’n 2200 veehouderijen besmet en in november stond de teller op meer dan 5000 getroffen bedrijven.
Deze schapenfokker in Oosterwolde (Gelderland) is al achttien schapen verloren:
Blauwtongvirus grijpt om zich heen
Blauwtong treft vooral schapen. Van het virus krijgen ze hoge koorts, zwellingen en een blauwe tong. Ongeveer driekwart van de schapen die de ziekte kregen, overleefde het niet.
Veehouders en deskundigen maken zich ernstig zorgen over komend jaar, mede omdat de ervaring leert dat de ziekte het tweede jaar meestal heviger om zich heen grijpt.
Naast schapen kunnen ook geiten, runderen, herten en sommige dierentuindieren de ziekte krijgen, maar deze dieren gaan er veel minder vaak aan dood. Mensen kunnen de ziekte niet krijgen.