NOS Nieuws•
In een vluchtelingenkamp in het noordoosten van India zijn meer dan honderd islamitische Rohingya-vluchtelingen en tientallen christenen uit buurland Myanmar in hongerstaking gegaan. Ze protesteren sinds begin deze week tegen hun detentie in het kamp, bericht Reuters.
Volgens contacten van het persbureau hebben deze mensen de vluchtelingenstatus gekregen van de UNHCR, de vluchtelingenorganisatie van de VN. Een Rohingya die in contact staat met de groep benadrukt dat de omstandigheden in het kamp in de deelstaat Assam erbarmelijk zijn. Het gaat om het grootste detentiekamp in India voor vluchtelingen zonder documenten. “Het zijn geen criminelen, ze zijn gevlucht voor vervolging.”
De hongerstakers willen dat ze worden vrijgelaten en via de UNHCR in aanmerking komen om zich in een ander land te vestigen. Waarom ze worden vastgehouden, is niet duidelijk. Volgens de VN zitten in het land 676 Rohingya-vluchtelingen in dergelijke detentie, in de meeste gevallen lopen er geen juridische procedures.
De UNHCR roept India op zich aan internationale mensenrechten te houden. Het vastzetten van vluchtelingen kan alleen in uitzonderlijke gevallen, staat in een verklaring.
Deportaties
In juli richtte een VN-commissie tegen discriminatie zich ook al kritisch tot India. De commissie (CERD) uitte toen haar zorgen over “willekeurige massadetenties” van Rohingya, onder wie kinderen. In sommige gevallen worden de zaken van vluchtelingen helemaal niet in behandeling genomen en hebben ze ook geen toegang tot juridische hulp. De CERD voegde eraan toe bezorgd te zijn over berichten van gedwongen deportaties naar Myanmar.
Een woordvoerder van de autoriteiten in de Indiase deelstaat zegt dat naar de zaak gekeken wordt; er zou worden onderzocht waarom ze worden vastgehouden en wat hun status is.
De Rohingya worden al decennia gediscrimineerd en vervolgd in het overwegend boeddhistische Myanmar. In 2017 begon het leger een grootschalige aanval in de regio Rakhine, waar de meeste Rohingya vandaan komen. Duizenden moslims werden gedood, honderdduizenden mensen sloegen op de vlucht.
In februari 2021 trok het toch al oppermachtige leger van Myanmar opnieuw alle macht naar zich toe. Het pleegde een coup, die leidde tot massale protesten. De junta sloeg die hard neer, waarna de strijd verder verhardde. Inmiddels hebben burgermilities en gewapende verzetsgroeperingen, vaak ontstaan op basis van etniciteit, grote delen van het land onder controle. De steden zijn veelal nog in handen van de junta, maar daarbuiten hebben verzetsgroeperingen het voor het zeggen.
Correspondent Mustafa Marghadi kon eerder dit jaar mee met de gewapende oppositie en zag het effect van het conflict op de bevolking:
Oog in oog met de junta van Myanmar: ‘Zelfs vluchtelingen zijn niet veilig’