NOS Nieuws•
-
Nina Bogosavac
redacteur Economie
-
Susan Sjouwerman
redacteur Online
-
Nina Bogosavac
redacteur Economie
-
Susan Sjouwerman
redacteur Online
Struinen tussen de kledingrekken, kijken of je maat er tussen zit en dan met een kledingstuk naar buiten zonder je portemonnee te trekken: waar dat in de meeste winkels diefstal is, is het in weggeefwinkels juist de bedoeling. De animo voor zulke weggeefinitiatieven neemt toe, blijkt uit een rondgang.
Ook online is het weggeven en ophalen van gratis spullen een groeiend fenomeen. Marktplaats ziet al jaren een stijging van het aantal mensen dat zoekt op ‘gratis’. Volgens de website was 2024 een recordjaar: er werd ruim 83 miljoen keer naar gratis spullen gezocht.
“De liefde van Nederlanders voor gratis is onmiskenbaar”, zegt woordvoerder Maaike Veeling van Marktplaats. Het aantal producten dat gebruikers gratis op het platform aanbieden, steeg in 2024 met 200.000 naar 1,8 miljoen. Afgenomen koopkracht speelt daarin volgens Veeling een “overduidelijke rol”, net als de wens spullen een tweede leven te geven.
Ook sokken en shampoo
Volgens Maranke Spoor, eigenaar van informatiewebsite Weggeefwinkels.nl, neemt ook het aantal fysieke weggeefwinkels toe, met de toenemende armoede als belangrijkste oorzaak. Dat beaamt Gea Topelen-Wilkens, eigenaar van Gea’s Weggeefwinkel in de Groningse wijk Vinkhuizen. “Elke middag dat ik open ben, schrijven meer mensen zich in”, zegt zij.
Zes jaar geleden begon zij het initiatief met haar echtgenoot. Toen kwamen er nog maar een paar gezinnen op af. Inmiddels kloppen 3800 huishoudens bij haar aan voor gratis kleding, beddengoed en elektronica. “Niet alleen gezinnen met kinderen, maar ook vluchtelingen en studenten.”
Haar klanten hoeven niet te bewijzen dat ze een laag inkomen hebben. “De winkel is voor iedereen, ik weiger niemand”, zegt Topelen-Wilkens.

Bij de weggeefwinkel van Gea is iedereen welkom: “Ik weiger niemand”
Zo gaat het ook in de tijdelijke carnavalswinkel met kinderkleding in het Limburgse Nuth. De winkel hangt vol met ingezamelde kindercarnavalskleren – in de regio ook pekskes genoemd – die bezoekers gratis kunnen meenemen. Het initiatief komt van de stichting Feestbende, die kinderen uit financieel kwetsbare gezinnen wil ondersteunen. “De vraag is enorm”, zegt bestuurslid Marleen Peters.
Dat de stichting het inkomen van de ontvangers niet controleert, ziet Peters als voorwaarde. “Vorige week was er nog een vrouwelijke klant die met schaamte binnenkwam. Zij durfde amper rond te kijken of iets aan te raken. Dan is het aan ons dat ze zich vrij voelt om mee te nemen wat ze wil, en met een goed gevoel vertrekt.”
Kunstproject
Gratis winkelen kan vanaf vandaag ook op Utrecht Centraal. Op het station opent tijdelijk de winkel Free Fashion, waar iedereen gratis kledingstukken mag uitkiezen. Het doel is hier niet armoedebestrijding, maar bewustwording. “We zijn niet zomaar een weggeefwinkel”, zegt initiatiefnemer Dieuwertje Vorstenbosch.
De winkel ziet eruit als iedere andere fast fashion-winkel in de binnenstad, maar de intentie is heel anders. “Gemiddeld dragen we onze kledingstukken maar zeven keer”, zegt Vorstenbosch. “Dat verhaal willen we hier vertellen. We bespreken met mensen hoeveel kleding ze kopen en waar ze die kleding moeten laten als ze die niet meer dragen.”
“Zo’n winkel op een prominente plek als Utrecht Centraal heeft een signaaleffect”, zegt omgevingspsycholoog Ellen van der Werff van de Rijksuniversiteit Groningen. “Het werkt aanstekelijk en laat zien: dit is belangrijk, veel mensen winkelen hier of doneren kleding. Wie het ziet, kan denken: ik ga ook vaker tweedehandskleding kopen. Of: ik open zelf een weggeefpunt.”
Aan spullen geen gebrek
De pop-upwinkel krijgt hulp van vrijwilligers en ontvangt subsidie van het ondernemersfonds in Utrecht. Aan aanbod van kleding geen gebrek; wat in de winkel hangt komt uit kasten van consumenten of is vanwege productiefouten gedoneerd door modemerken.
Ook in Gea’s Weggeefwinkel in Groningen komen meer dan genoeg spullen binnen. “Het gebouw is tot de nok toe gevuld”, aldus Topelen-Wilkens. “Ja”, er is te veel aanbod”, zegt Vorstenbosch. “Geef spullen een tweede leven, maar koop vooral minder. Dat is precies ons punt.”