NOS Nieuws••Aangepast
Het zoeken naar overlevenden van de zware aardbeving in Tibet is gestopt, melden de Chinese autoriteiten. De focus ligt nu op het helpen van de getroffenen in het gebied.
Door de beving raakten volgens de Chinese autoriteiten zeker 27.000 huizen beschadigd, zo’n 45.000 mensen hebben daardoor geen dak meer boven hun hoofd. Zij worden ondergebracht in opvangcentra.
Daar zijn tenten neergezet om de ontheemden op te vangen. Daarnaast zijn reddingswerkers begonnen met het opbouwen van zo’n duizend kant-en-klare, verwarmbare huizen die China naar het gebied heeft gestuurd.
Rode Kruis
Ook medewerkers van het Rode Kruis helpen mee. Tientallen Chinese vrijwilligers delen noodhulpgoederen uit en plaatsen mobiele toiletten, zegt Bastiaan van Blokland van de hulporganisatie tegen de NOS.
“Het is steenkoud ’s nachts. Als noodhulporganisatie bieden wij zaken om nu te overleven. Wat uiteindelijk nodig is, is dat mensen weer terug kunnen naar hun huizen, maar op dit moment is vooral warme kleding nodig, tenten, eten en sanitaire voorzieningen. En dat is precies waar het Rode Kruis in gespecialiseerd is.”
400 mensen gered
Gisteren werd bekend dat reddingsdiensten na de beving 400 mensen hebben gered die onder het puin vastzaten. De kans dat er meer overlevenden worden gevonden is klein, aangezien de temperaturen in het gebied ’s nachts dalen tot -18.
Dinsdag werd de regio Tingri, in de buurt van de voet van de Mount Everest, getroffen door een aardbeving met een kracht van 7,1. De beving kostte aan 126 mensen het leven, 188 mensen raakten gewond. 91 mensen liggen nog in het ziekenhuis. Het is niet bekend hoeveel mensen nog vermist worden.
Sinds dinsdag zijn in het gebied zeker 500 naschokken geregistreerd.